Duwt jouw tong tijdens het slikken tegen je tanden? Of zit jouw tong zelfs voor een deel tussen jouw tanden? 
 
Ligt jouw tong op de bodem van je mond als je in de zetel zit? 
 
Heb je het gevoel dat je soms lispelt en dat je tijdens het spreken vaak je tong tegen of tussen je tanden voelt zitten? 
 
Dan heb je baat bij OMFT.
 
OMFT staat voor ‘oro-myofunctionele therapie’ ofwel therapie voor afwijkend mondgedrag. 
Mensen staan vaak niet stil bij de gevolgen van foutieve mondgewoonten. Sommige van deze foutieve mondgewoonten ken je al: mondademen, duimen, en nagelbijten. Maar ook een foute tongpositie in rust en tijdens het slikken en praten kan ervoor zorgen dat de vorm van de mond en de stand van de tanden en kiezen beïnvloed wordt. 
 
In OMFT wordt er gewerkt op het corrigeren van het afwijkend mondgedrag door het evenwicht te herstellen tussen de tong-, lip- en wangspieren. Er wordt o.a. gewerkt aan articulatie en een correcte manier van slikken wordt aangeleerd.


Misschien herken je het:
‘Mama, mag ik die rode snoep hebben?’ klinkt eerder zoals dit:
 
‘Mama, mach ik tie jote sjnoep hebbe?’
 
Of misschien heb je wel al opgemerkt dat de tong tijdens het praten steeds tussen de tanden zit?
 
Zowel kinderen als volwassenen kunnen problemen hebben met articulatie. Tijdens articulatietherapie worden foutief uitgesproken klanken gecorrigeerd. Indien nodig wordt ook de productie van moeilijke klanken aangeleerd en ingeoefend op verschillende niveau’s.


‘Moet ik dat echt oefenen?’ 
‘Ik heb daar echt geen zin in.’ 
‘Dat is veel te moeilijk’. 
 
Bijna ieder kind heeft op een bepaald moment wel moeite om de leerstof van in de klas te verwerken. Lezen, spelling of rekenen zijn dan logischerwijs misschien niet het lievelingsvak van zoon of dochter. Op dit moment kunnen we vaak spreken van een ‘leerproblemen’. We oefenen samen gericht op alle moeilijkheden en remediëren alles wat nodig is om de achterstand terug in te halen . 
 
Het kan natuurlijk ook dat er na 6 maanden intensieve therapie, en zonder duidelijke aanwijzing, nog steeds problemen zijn. Ook de ondersteuning van de school blijkt daarnaast niet genoeg te helpen. Met andere wooorden: 
 
‘Het lukt maar niet.’ 
 
Op dat moment kan er sprake zijn van een leerstoornis. Je hebt er al over gehoord: ‘dyslexie’ voor problemen met lezen, ‘dyscalculie’ voor problemen met rekenen en ‘dysorthografie’ voor problemen met schrijven. Na wat extra onderzoek kunnen we hier zeker van zijn. 
 
Bij het behandelen van zowel de leerproblemen als de leerstoornissen werk ik atlijd intensief samen met de school en met de ouder(s).